Afstempelen pensioen in eigen beheer

Lees artikel


Vrijwilligerswerk en giftenaftrek

Lees artikel

 

Afstempelen pensioen in eigen beheer

 

Veel pensioenfondsen hebben de afgelopen jaren onvoldoende rendement gemaakt om hun verplichtingen jegens de pensioengerechtigden volledig na te kunnen komen. Omdat bijstorten door werkgevers geen optie is, zit er niets anders op dan een korting toe te passen op de uitkeringsbedragen.

 

Normaliter moet een werkgever die pensioen toezegt deze verplichtingen onderbrengen bij een pensioenfonds of een verzekeraar. Bij een directeur-grootaandeelhouder (dga) mogen de pensioenverplichtingen in eigen beheer worden gehouden. Dit heeft onder andere als voordeel dat de BV het kapitaal kan gebruiken om haar onderneming te financieren. Als de BV geen onderneming (meer) drijft, moet de BV het pensioenkapitaal beleggen. Ook bij de dga komt de situatie van onvoldoende rendement veelvuldig voor. Bij de pensioentoezegging wordt uitgegaan van een rekenrendement van 4 procent. Bedenk dat de kapitaalmarktrente al jaren rond de 2% ligt en ook op de aandelenbeurs is het de afgelopen jaren geen feest geweest.

 

Veel dga's hebben hun accountant gevraagd of ook zij niet het pensioen mogen afstempelen. Net zoals de pensioenfondsen. Als de BV onvoldoende vermogen heeft, kan zij het pensioen niet levenslang uitkeren. De meeste dga's willen liever levenslang een lagere uitkering dan een uitkering die stopt wanneer zij bijvoorbeeld 73 jaar zijn. De fiscus is daar altijd fel tegen gekant geweest. Als men dat tegen het advies van de fiscus in toch deed, werd 'afkoop van pensioen' gesteld met alle strafheffingen van dien.

 

Een succesvolle lobby heeft ertoe geleid dat ook de dga sinds 1 januari 2013 pensioen kan afstempelen. Daarvoor gelden wel enkele vereisten. Zo mag de onderdekking niet zijn ontstaan door dividenduitkeringen en het verstrekken van leningen aan de dga. Alleen als het vermogen minder is dan 75% van de pensioenverplichting, mag een korting worden toegepast. De norm van 75% wordt toegepast op de fiscale waardering van de pensioenverplichting. De werkelijke, commerciële waarde van de pensioenverplichting ligt in de praktijk vaak tweemaal zo hoog als de fiscale waardering. Het komt erop neer dat er alleen bij een gigantische onderdekking mag worden afgestempeld. Om hiervoor in aanmerking te komen, moet een verzoek worden ingediend bij de Belastingdienst en moet de vereiste onderdekking worden aangetoond.


. . . terug naar boven

Vrijwilligerswerk en giftenaftrek

 

Ieder jaar weer zijn er veel vragen over de giftenaftrek die vrijwilligers willen claimen voor hun werk. Er zijn nog steeds misverstanden over het mogen aftrekken van de 1500 euro die een vrijwilliger onbelast mag ontvangen. Veel mensen denken dat dat bedrag gewoon mag worden afgetrokken als vrijwilligerswerk wordt verricht. Niets is minder waar.

 

U kunt per maand maximaal 150 euro en per jaar maximaal 1500 euro belastingvrij ontvangen voor het verrichten van vrijwilligerswerk voor een ANBI (Algemeen nut beogende instelling). Er moet dan wel sprake zijn van echt vrijwilligerswerk. Dat wordt door de Belastingdienst afhankelijk gesteld van het uurloon. Dat mag niet hoger zijn dan 4,50 euro per uur en niet hoger dan 2,50 euro per uur voor wie nog geen 23 jaar is. Het maximum per maand en per jaar geldt voor de vergoeding voor het werk zelf en de vergoede kosten samen.

 

Deze belastingvrije vergoeding kan worden teruggeschonken aan de ANBI en zo ontstaat een 'gratis' aftrekpost. Maar er zijn wel regels. Er kan niet zomaar 1500 euro worden afgetrokken als vrijwilligerswerk wordt verricht. Indien de vrijwilliger niet betaald krijgt, kan dit bedrag alleen maar worden afgetrokken als aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:

  • de instelling geeft een verklaring af dat u zich hebt ingezet als vrijwilliger;
  • de instelling heeft een regeling getroffen waardoor u in aanmerking komt voor de vergoeding;
  • de financiële situatie van de instelling is zodanig dat de vergoeding daadwerkelijk kan worden uitbetaald, het is ook de bedoeling dat hij wordt uitbetaald en u kunt kiezen of u de vergoeding wilt ontvangen of aan de instelling wilt schenken.

 

Dat is een hele lijst van voorwaarden en als niet aan alle eisen wordt voldaan, wordt de aftrekpost afgewezen. Zo besliste de Rechtbank Zeeland-West-Brabant recent in de volgende zaak. In de vrijwilligersovereenkomst stond onder meer dat belanghebbende een vergoeding krijgt van 4,50 euro per uur en dat hij die als gift beschikbaar stelt aan de instelling. Hij voerde deze vergoeding van in totaal 1.500 euro op als gift. De rechtbank oordeelde dat geen sprake is van een gift. Voor een gift moet sprake zijn van een waardeverschuiving uit het vermogen van de gever, waardoor het vermogen van de begiftigde wordt vergroot. Daarvan is geen sprake. De vrijwilliger heeft feitelijk nooit recht gehad op de vrijwilligersvergoeding en dus ook niet de beschikking erover gehad, aldus de rechtbank.

 

Er kan ook sprake zijn van een gift als u afziet van een vergoeding van gemaakte kosten of als de ANBI de kosten niet kan vergoeden wegens zijn slechte financiële situatie en het gaat om kosten die volgens maatschappelijke opvattingen vergoed behoren te worden. Dit zijn onder andere reiskosten (voor auto's geldt een vast bedrag van 0,19 euro per kilometer), portokosten, kosten voor enveloppen, etc.


. . . terug naar boven

Weekers niet bereid forfaitair rendement in box 3 te verlagen

 

Staatssecretaris Weekers van Financiën is niet bereid het forfaitair rendement in box 3 (al dan niet tijdelijk) te verlagen.

 

Bij de introductie van de vermogensrendementsheffing is het forfaitaire rendement gesteld op 4%. Deze 4% is het langjarig gemiddelde risicovrije rendement dat een belastingplichtige geacht wordt te kunnen behalen op zijn box 3 vermogen. De Commissie-Van Dijkhuizen kijkt op dit moment ook naar de vermogensrendementsheffing. Weekers wacht af of het eindrapport van de commissie de Kamer aanleiding geeft om de discussie verder te voeren.

 

Verder is Weekers niet voornemens een voorstel te doen voor de invoering van een vermogenswinstbelasting. De conclusie uit 2001 dat een vermogenswinstbelasting leidt tot grote administratieve lasten en uitvoeringskosten, en dat het ontwijkgedrag minder makkelijk kan worden tegengegaan dan bij een forfaitaire vermogensrendementsheffing, is nog steeds valide.


. . . lees verder op Internet

Overgangsregeling voor vrijstelling erfbelasting mantelzorgers

 

Kinderen die bij hun alleenstaande ouder hebben gewoond om deze te verzorgen, kunnen toch in aanmerking komen voor de hoge partnervrijstelling voor de erfbelasting. Dat maakte staatssecretaris Weekers van Financiën bekend. De overgangsregeling geldt bij een overlijden in 2010 of 2011.

 

Een kind dat bij zijn alleenstaande ouder woont om deze te verzorgen, kan na het overlijden van de ouder aanspraak maken op de hoge partnervrijstelling voor de erfbelasting. Een van de voorwaarden is dat het kind een mantelzorgcompliment heeft ontvangen over het jaar dat vooraf gaat aan het jaar van overlijden. Staatssecretaris Weekers maakte bekend dat die voorwaarde komt te vervallen bij een overlijden in 2010 of 2011. Om in aanmerking te komen voor de hoge vrijstelling moet de ouder op het moment van overlijden wél in het bezit zijn van een CIZ-indicatie voor thuiszorg. Mensen die alsnog in aanmerking willen komen voor de hoge partnervrijstelling voor de erfbelasting kunnen bij de Belastingdienst een schriftelijk verzoek indienen om de vrijstelling toe te passen.


. . . lees verder op Internet

Verlaging overdrachtsbelasting leidt niet tot discriminatie

 

De overdrachtsbelasting ging op 15 juni 2011 met terugwerkende kracht omlaag van 6 procent naar 2 procent van de koopsom. Twee mensen die op 7 juni een huis kochten vonden dat er sprake was van discriminatie ten opzichte van de mensen die twee weken later een huis kochten. Dit leidde tot het ondernemen van juridische stappen. Vorige week heeft de Hoge Raad deze twee personen ongelijk gegeven.

 

Twee kopers die op 7 juni 2011 een huis hadden gekocht, liepen net de belastingverlaging mis. Zij kochten een huis voor 156.500 euro en moesten hierover 9.390 euro overdrachtsbelasting betalen. Indien zij het huis na 15 juni 2011 hadden gekocht, dan hadden zij 3.130 euro aan overdrachtsbelasting betaald. Hierdoor besloten zij naar de rechter te stappen aangezien er volgens hen sprake was van verboden discriminatie. Er was namelijk geen duidelijke reden waarom er voor de datum 15 juni gekozen was. De huizenkopers vochten het geschil eerst bij de rechtbank uit, vervolgens bij het Hof en uiteindelijk bij de Hoge Raad. De Hoge Raad verwierp echter het beroep in cassatie.


. . . lees verder op Internet

DGA met dienstbetrekkingen elders moet gebruikelijk loon bij inkomen optellen

 

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden heeft geoordeeld dat een DGA die in 2006 naast zijn fulltime dienstbetrekking als kok bij een hotel, achtereenvolgens bij zijn twee werkmaatschappijen werkt, een gebruikelijk loon bij zijn inkomen moet optellen.

 

Betrokkene is een DGA van een holding met twee werkmaatschappijen. Hij werkt in 2006 voor de ene bv tot de datum waarop die failliet gaat en daarna voor de tweede bv. Die bv is in 2009 ontbonden. De DGA werkt verder fulltime als kok bij een hotel. Hij dient over 2006 geen aangifte IB in. Pas nadat de inspecteur hem ambtshalve een aanslag heeft opgelegd, waarbij het loon van de DGA is verhoogd met een gebruikelijk loon van 39.000 euro, dient hij in de bezwaarfase een aangifte in.


. . . lees verder op Internet

Lagere vertrekpremie voor deeltijd werknemer

 

Hof Den Bosch heeft onlangs beslist dat een deeltijd werknemer recht heeft op een vertrekpremie van 75.000 euro. Een tegenvaller voor de man, die op de maximale vertrekpremie van 120.000 euro had gerekend.

 

Een werknemer is bijna 40 jaar in dienst bij een energiebedrijf en diens rechtsvoorganger. Eerst was hij fulltime in dienst, maar al bijna twintig jaar werkt hij 24 uur per week. Het bedrijf moet echter reorganiseren en hij wordt boventallig verklaard. Hij mag kiezen tussen indiensttreding bij een re-integratiebedrijf en vrijwillig ontslag met een vertrekpremie zonder WW-aanspraken. Hij kiest voor het laatste. Hij heeft echter gerekend op de maximale vertrekpremie van 120.000 euro, maar hij krijgt 75.000 euro.

 

Bij het Hof te Den Bosch rekent de werkgever op 7 mei 2013 voor hoe hij tot dit bedrag gekomen is. Er is sprake van een dienstverband van 24 uur én een dienstperiode van bijna 40 jaar. Dat komt neer op het bedrag dat de werknemer ook had uitgerekend, 200.000 euro. De werknemer denkt dat dit wordt verlaagd tot het maximale bedrag, 120.000 euro, maar omdat de werknemer in deeltijd werkzaam is, wordt dit bedrag naar rato berekend en daardoor krijgt hij ongeveer 75.000 euro. Ook de rechter blijkt dit oordeel toegedaan te zijn.


. . . lees verder op Internet

 


Afmelden

Indien u deze nieuwsbrief niet meer wenst te ontvangen kunt u zich hiervoor afmelden door dit kenbaar te maken middels het sturen van een mail aan ons kantoor. Klik hiervoor op een van de knoppen bovenaan deze nieuwsbrief.

Disclaimer

Hoewel bij het samenstellen van de inhoud van deze digitale nieuwsbrief de uiterste zorg is nagestreefd, sluiten de samenstellers van deze digitale nieuwsbrief iedere aansprakelijkheid uit voor onjuistheden, onvolledigheden en eventuele gevolgen van het handelen op grond van informatie die in of via deze digitale nieuwsbrief beschikbaar is.