|
|
|
|
Zorgverzekeringswet verandert in 2013
U herinnert zich
opgetwijfeld de commotie rondom de door Mark Rutte en Diederik
Samsom bij de kabinetsformatie afgesproken inkomensafhankelijke
zorgpremie. Een ware paleisrevolutie bij de VVD heeft tot het
intrekken van de voorstellen geleid. De voorstellen zouden leiden
tot een forse achteruitgang van de midden- en hoge inkomens. Deze
nivellering werd door de VVD-achterban niet gepikt.
De zorgpremie zou
de vervanger zijn van de huidige premie zorgverzekeringswet. Iedere
Nederlander met arbeids- en pensioeninkomen betaalt deze premie.
Renteniers die alleen van hun vermogen leven, betalen overigens
niets. Ons systeem van verzekering tegen ziektekosten heeft een
collectieve component en een individuele component. De premie
zorgverzekeringswet dient ter dekking van de collectieve component.
Voor de individuele component is er de verzekering die u bij uw
zorgverzekeraar afsluit en waarvoor u ook premie betaalt. Daarbij
hebt u een bepaalde keuzevrijheid.
Dat er aan de
dekking van de zorgkosten wat moet gebeuren, is wel duidelijk. Er
doet zich immers een explosie van zorgkosten voor. Dit heeft onder
meer te maken met de vergrijzing. Bovendien kunnen medici steeds
meer. Deze mogelijkheden willen we benutten en dat kost geld.
Voor de heffing van
de premie zorgverzekeringswet wordt een onderscheid gemaakt tussen
hetgeen u bij een werkgever verdient en overige inkomsten. Op het
eerste wordt een hoog tarief toegepast, dat in 2013 wordt verhoogd
van 7,1% tot 7,75%. Er geldt overigens een premiegrens van ongeveer
50.000 euro. Deze premie wordt niet ingehouden op het loon, maar
wordt betaald door de werkgever. De werknemer moet over dit
'voordeel' wel loonbelasting betalen. Deze systematiek geldt
overigens ook voor de AOW. Voor de andere inkomenscategorieën is
een lager tarief van toepassingen. In 2012 is dit 5,1% en in 2013
5,65%. Ook hiervoor geldt de premiegrens. Bij pensioen- en
lijfrenteuitkeringen wordt dit ingehouden.
In 2013 is de door
de werkgever betaalde premie zorgverzekeringswet niet meer belast
als loon. Dit zou dus eigenlijk leiden tot een hoger netto loon in
2013. Door andere heffingen zal er voor de meeste werknemers echter
geen sprake zijn van een stijging.
. . . terug naar boven
|
Huwelijkse voorwaarden en verrekenbeding
Niet alle
huwelijkse voorwaarden zijn gelijk. Veel echtparen die onder
huwelijkse voorwaarden zijn getrouwd, hebben daarin een periodiek
verrekenbeding door de notaris laten opnemen. Met periodiek
verrekenen wordt bedoeld dat men jaarlijks de besparingen van het
afgelopen jaar (dat is het deel van beide inkomens dat resteert na
betaling van de kosten van het huishouden) veelal 50-50 zal moeten
verdelen. Het komt echter veel voor dat men die verdeling
achterwege laat.
Een recent arrest
van de Hoge Raad laat zien dat het aanbeveling verdient om wel
periodiek te verrekenen. Dat kan overigens ook nog geschieden nadat
men dat enkele jaren heeft overgeslagen.
Indien echter bij
het einde van een huwelijk blijkt dat er geen uitvoering is gegeven
aan het periodiek verrekenbeding, zal alsnog een verdeling moeten
plaatsvinden en partijen zijn het dan vaak niet meer met elkaar
eens, zodat de rechter er aan te pas moet komen. Zo ook in de
uiteindelijk aan de Hoge Raad voorgelegde zaak. De Hoge Raad (en
ook al het Hof) bepaalde dat in een dergelijk geval het vermoeden
geldt dat dan het gehele vermogen, zoals dit is opgebouwd tijdens
het huwelijk, gelijk moet worden verrekend.
De situatie was als
volgt: het huwelijk was gesloten in 1981, onder huwelijkse
voorwaarden. Als onderdeel van deze huwelijkse voorwaarden was een
jaarlijks verrekenbeding opgenomen. Dat werd echter gedurende het
huwelijk niet nageleefd. De man richtte in 1986 een eigen BV op met
35.000 gulden. Diezelfde aandelen zijn in de loop der tijd fors
meer waard geworden en zouden eigenlijk niet in de periodieke
verdeling worden meegenomen (de waardestijging viel niet onder de
te verdelen jaarlijkse besparingen). In 2007 bleek de waarde
ongeveer 3 miljoen te zijn geworden. Als in 2010 wordt besloten tot
echtscheiding, oordeelt het Hof en ook de Hoge Raad dat de
volledige waarde van de aandelen nog wel moet worden verrekend.
Gevolg was dat 50% van de waarde van de aandelen moest worden
uitgekeerd aan de ex-echtgenote.
. . . terug naar boven
|
|
|
|
|
Belangrijkste wijzigingen in de belastingheffing per 1
januari 2013
De Eerste Kamer
heeft op 18 december ingestemd met het Belastingplan 2013, het
wetsvoorstel Overige fiscale maatregelen 2013, de Wet herziening
fiscale behandeling eigen woning en de Wet elektronische
registratie notariële akten. Dat betekent dat per 1 januari
belastingtarieven wijzigen.
Het betreffen onder
andere wijzigingen op het vlak van de inkomsten-, loon, auto-,
vennootschaps-, schenk- en erfbelasting.
. . . lees verder op Internet
|
Minister Blok geeft overgangstermijn voor
hypotheekomzetting
Woningbezitters die
hun bestaande (gedeeltelijk) aflossingsvrije hypotheek willen
omzetten in een (bank)spaar- of beleggingshypotheek, kunnen dat nog
tot 1 april 2013 doen.
Op deze manier
wordt de overgangstermijn voor deze groep gelijk getrokken met die
voor mensen die een niet aan de hypotheek gekoppelde
kapitaalverzekering willen omzetten in een vrijgesteld (bank)spaar-
of beleggingsproduct. Zonder deze overgangstermijn zouden na 31
december 2012 afgesloten aan de hypotheek gekoppelde (bank)spaar-
of beleggingsproducten worden belast. Aan de hypotheek gekoppelde
(bank)spaar- of beleggingsproducten moeten worden aangewend voor de
aflossing van een (op 31 december 2012) bestaande eigen
woningschuld en zijn vrijgesteld van belastingheffing.
. . . lees verder op Internet
|
Kabinet versoepelt hypotheekvoorwaarden starters
Het kabinet heeft
besloten tot het versoepelen van de hypotheekvoorwaarden voor
starters met perspectief op een inkomensstijging. Dit betekent dat
starters die binnen enkele maanden of jaren een verhoging van het
salaris verwachten een ruimere hypotheek kunnen krijgen. De
maatregel gaat in per 1 januari 2013.
Het doel van deze
maatregel is om op verantwoorde wijze starters meer ruimte te geven
voor een hypotheek. Hierdoor wordt meer maatwerk mogelijk. Voor
extra ruimte moet er objectieve informatie beschikbaar zijn waaruit
blijkt dat een inkomensstijging te verwachten is. De
inkomensstijging moet binnen een redelijke termijn plaatsvinden. Deze
maatregel vervangt de huidige regel dat de verwachte
salarisverhoging binnen zes maanden moet plaatsvinden en
onvoorwaardelijk schriftelijk moet zijn toegezegd door de
werkgever.
. . . lees verder op Internet
|
Afroommethode bij gebruikelijk loonregeling ingeperkt
door Hoge Raad
De Hoge Raad heeft
op 9 november 2012 in twee arresten de grenzen aangegeven van de
toepasbaarheid van de zogeheten afroommethode bij de bepaling van
het loon dat een directeur-grootaandeelhouder (DGA) in dienst van
zijn vennootschap geacht wordt te genieten.
De afroommethode is
alleen toepasbaar als de opbrengsten van de vennootschap (nagenoeg)
geheel voortvloeien uit de arbeid die de DGA als werknemer in zijn
vennootschap verricht. De methode mag niet worden toegepast als nog
andere werknemers in dienst van die vennootschap zijn. Ook kan de
afroommethode niet worden toegepast als een DGA via een eigen bv in
een samenwerkingsverband participeert en het aandeel van zijn bv in
het resultaat van het samenwerkingsverband uit een percentage van
dat resultaat bestaat.
Toepassing van de
afroommethode is wel mogelijk als de DGA via een eigen bv in een
samenwerkingsverband (bijvoorbeeld een maatschap) participeert en
het aandeel van de eigen bv in het resultaat van het
samenwerkingsverband (nagenoeg) geheel voortvloeit uit de arbeid
die de DGA in het samenwerkingsverband verricht.
. . . lees verder op Internet
|
Naheffing voor iPad als kerstpakket
De door de
werkgever verstrekte iPad dient tot het loon te worden gerekend
omdat geen sprake is van (nagenoeg) zakelijk gebruik, dat oordeelde
de rechtbank Haarlem recent.
In geschil is of de
verstrekking van de iPads tot het loon gerekend moet worden. Indien
de iPad is aan te merken als 'telefoon, internet en andere
communicatiemiddelen' is sprake van een vrije verstrekking indien
het zakelijk gebruik van meer dan bijkomstig belang is (meer dan
10%). Indien de iPad is aan te merken als "computers en dergelijke
apparatuur" is alleen bij (nagenoeg) geheel zakelijk gebruik
(90% of meer) sprake van een vrije verstrekking.
In dit geval wist
het bedrijf niet voldoende aannemelijk te maken dat de iPads geheel
of bijna geheel bedoeld waren voor zakelijk gebruik, en dus moet
het bedrijf 323.687 euro loonheffing betalen.
Er is sprake van
een communicatiemiddel als het gaat om een apparaat met de
uiterlijke kenmerken van een mobiele telefoon en het een toestel is
waarbij de communicatie een centrale rol speelt. Bovendien heeft
het beeldscherm een diagonaal van niet meer dan 7 inch (dat is
17,78 cm).
Zogenoemde
Pocket-PC's, mininotebooks, netbooks, e-readers,
navigatieapparatuur en de mini iPad voldoen hiermee niet aan de
eisen voor de soepelere fiscale regels voor telefoons.
. . . lees verder op Internet
|
|
|
|