Ga naar onze websiteStuur ons een e-mail 

 


Perikelen rondom de auto van de zaak


Lees artikel


 


Het kerstpakket

Lees artikel


Perikelen rondom de auto van de zaak

Tot 2006 was het voordeel dat de belastingwet toedicht aan het privé-gebruik van de auto van de zaak vrijgesteld van loonbelasting. De heffing over dit voordeel vond uitsluitend plaats in de inkomstenbelasting. Sinds 2006 ziet de werknemer met een auto van de zaak de bijtelling op het loonstrookje vermeld staan. De werknemer ontkomt aan de bijtelling als hij kan aantonen dat hij de auto op jaarbasis voor niet meer dan 500 kilometer voor privé-doeleinden gebruikt.

Dit kan echter pas aan het einde van het jaar definitief worden vastgesteld. In theorie is het mogelijk dat de werknemer het hele jaar de auto niet privé gebruikt en op 31 december een privé-rit maakt van 600 kilometer. De consequentie daarvan is dan dat hij voor dat jaar voor de volledige bijtelling in aanmerking komt. Dat zijn dus dure kilometers. De werkgever heeft, naar achteraf blijkt, ten onrechte over de maanden januari tot en met november hierover geen loonheffing ingehouden. Dit zal in de salarisadministratie moeten worden gecorrigeerd.

Bij de wetswijziging hadden werkgevers geprotesteerd. Als de werknemer beweert de auto niet privé te gebruiken, blijft inhouding van loonheffing over de bijtelling achterwege. Als later echter blijkt dat de werknemer niet de vereiste kilomteradministratie heeft bijgehouden, is de werkgever aansprakelijk. Dat is ondervangen door de verklaring "geen privé-gebruik". Een werknemer dient zo'n verklaring in bij de Belastingdienst en bij de werkgever. Op basis daarvan is de werkgever gevrijwaard van het risico, tenzij hij wist dat de werknemer de auto toch privé zou gaan gebruiken. Het risico op naheffingen en boetes ligt dan bij de werknemer. Uit onderzoeken is al gebleken dat nogal wat werknemers met deze verklaring hebben gesjoemeld.

Tot 2006 kon een werknemer voor eigen rekening gekomen brandstofkosten in zijn aangifte inkomstenbelasting aftrekken, dat wil zeggen verrekenen met de bijtelling. Dat speelde nogal eens bij het tanken tijdens buitenlandse vakanties. Aan deze "aftrekpost" is per 2006 een einde gekomen. In zo'n geval zouden werknemer en werkgever kunnen afspreken dat laatstgenoemde deze kosten toch vergoedt onder verlaging van bijvoorbeeld de overwerkvergoeding of het tantième. Langs deze omweg heeft de werknemer in zekere zin toch nog zijn aftrekpost.

. . . terug naar boven



Het kerstpakket

Het kerstpakket is een gevoelige zaak. Als het pakket te sober is, klaagt het personeel. Maar als het te uitbundig is, krijgt de werkgever te horen dat men liever een eindejaarsbonus van honderd euro had gehad. Het is ook nooit goed, moet de werkgever denken. Dat het nooit goed is, denkt hij waarschijnlijk ook waar het de opstelling van de fiscus betreft.

De rekening voor het kerstpakket is een kostenpost die bij de werkgever uiteraard voor fiscale aftrek in aanmerking komt. Daarmee is de fiscale kous echter niet af. Hij moet ook rekening houden met de loonheffing. De fiscus is namelijk van mening dat het kerstpakket een beloning in natura vormt waarover loonheffing dient te worden afgedragen. Ja u leest het goed.

Gelukkig gaat het niet zover dat het kerstpakket op het loonstrookje moet worden vermeld. Voor geschenken ter waarde van maximaal 70 euro geldt de zogenaamde eindheffingsregeling. De werkgever draagt 20% loonheffing af over de kostprijs van de pakketten. Als de werkgever wat royaler is, komt hij hier niet mee uit. In dat geval geldt tot
136 euro het normale loonbelastingtarief dat overigens ook voor de eindheffingsregeling in aanmerking komt. Duurdere kerstpakketten zouden in principe gewoon op het loonstrookje moeten worden vermeld. Door deze regeling stimuleert de fiscus werkgevers tot Calvinistische zuinigheid.

Dit is nog niet het einde van het verhaal. Want er is ook nog zoiets als omzetbelasting. Als per werknemer op jaarbasis meer dan 272 euro aan verstrekkingen is gedaan die in de consumptieve sfeer liggen - denk aan personeelsfeesten, de kantine en de auto van de zaak - moet de aftrek van omzetbelasting worden gecorrigeerd. Op grond van deze regeling is het denkbaar dat de werkgever de BTW met betrekking tot de inkoop van de kerstpakketten niet kan verrekenen.

Werkgevers die bij de fiscale verwerking van de kerstpakketten onvoldoende zorgvuldigheid hebben betracht, kunnen bij ontdekking door de Belastingdienst op naheffingen met boetes worden getracteerd. Dergelijke correcties kunnen bij grote aantallen werknemers behoorlijk oplopen, te meer omdat zij doorgaans op meerdere jaren betrekking hebben.

... terug naar boven

 

 

 

 


Belasting op erven en schenken fors omlaag

De belastingheffing op erven en schenken gaat flink omlaag, vrijstellingen voor partners en kinderen gaan verder omhoog en constructies om de wet te ontduiken worden aangepakt. De ministerraad heeft daarmee ingestemd. Het tarief voor partners en kinderen gaat omlaag naar 10 procent en 20 procent en voor andere verkrijgers naar 30 procent en 40 procent. De vrijstelling voor partners gaat omhoog naar 600.000 euro en voor kinderen naar 19.000 euro. Voor andere verkrijgers wordt deze verhoogd naar 2.000 euro.

Door het verhogen van de vrijstellingen zullen minder mensen successiebelasting hoeven te betalen. In totaal zullen nog maar 500 partners per jaar deze belasting hoeven te betalen. Bovendien neemt door dit plan het aantal kinderen dat successiebelasting betaalt met een kwart af. De successiewet wordt tegelijkertijd eenvoudiger en inzichtelijker gemaakt door vermindering van het aantal tarieven van 28 naar 4.

Hogere vrijstelling en lagere tarieven partners en kinderen

  • De erfvrijstelling voor partners gaat omhoog naar 600.000 euro.
  • De erfvrijstelling voor kinderen gaat omhoog naar 19.000 euro.
  • De tarieven voor partners en kinderen gaan omlaag naar 10 procent over de eerste 125.000 euro en
    20 procent over het restant.

Hogere vrijstelling en lagere tarieven andere verkrijgers

  • De erfvrijstelling voor andere verkrijgers gaat omhoog naar 2.000 euro.
  • De tarieven voor de andere verkrijgers gaan omlaag naar 30 procent over de eerste 125.000 euro en
    40 procent over het restant.

De geplande datum van inwerkingtreding van het voorstel is
1 januari 2010.

. . . lees verder op Internet



Kantonrechters wijzigen formule voor ontslagvergoedingen

De kantonrechtersformule voor ontslagvergoedingen wordt aangepast. Dit heeft de Kring van Kantonrechters eind oktober besloten. Volgens de kantonrechters is de uit 1996 stammende formule toe aan een 'update'.

Volgens de huidige formule wordt de vergoeding bij ontslag berekend door het aantal dienstjaren te vermenigvuldigen met het bruto maandsalaris en met een factor waarin de bijzondere omstandigheden van het geval zijn uitgedrukt in een cijfer. Daarbij tellen de dienstjaren tot de leeftijd van 40 jaar voor één maandsalaris, van 40 tot 50 jaar voor 1,5 en vanaf 50 jaar voor twee.

De Kring van Kantonrechters heeft besloten de formule te verfijnen, waarbij de dienstjaren tot 35 jaar tellen voor
0,5, van 35 tot 45 jaar voor één, van 45 tot 55 jaar voor 1,5 en vanaf 55 jaar voor twee maandsalarissen. De kantonrechters willen daarnaast meer aandacht voor de arbeidsmarktpositie van werknemers en de financiële positie van de werkgever, en maatwerk voor werknemers in het zicht van hun pensioen.

. . . lees verder op Internet



Fiscale faciliteiten voor mobiliteit

Het kabinet neemt fiscale maatregelen om de mobiliteit te stimuleren.

  • Het wordt mogelijk op meerdere dagen thuis te werken en toch de vaste reiskostenvergoeding te houden. Deze fiscaal aantrekkelijke woon-werkverkeerregeling moet thuiswerken aanmoedigen.
  • Een hogere belastingvrije verhuisvergoeding maakt het voor mensen die meer dan 25 kilometer van hun werk wonen aantrekkelijker om dichterbij hun werk te gaan wonen.
  • Leaserijders die een bijtelling betalen worden niet langer extra belast voor de OV-kaart die zij van hun werkgever ontvangen.
  • Parkeerkosten op een P+R-terrein worden in de toekomst onbelast vergoed om overstappen op een ander vervoermiddel te stimuleren.

Met deze plannen wil het kabinet het reisgedrag van mensen beïnvloeden en werkgevers en werknemers stimuleren om de bereikbaarheid te verbeteren. De maatregelen zijn bedoeld om de milieubelasting door het autoverkeer te verminderen en leiden tot een daling van de CO2-uitstoot en emissies van luchtverontreinigende stoffen.

. . . lees verder op Internet



Donner onderzoekt ruimere bruikbaarheid regeling werktijdverkorting

Minister Donner onderzoekt of de regeling voor werktijdverkorting op korte termijn bruikbaar is te maken voor bepaalde bedrijven. Het gaat om bedrijven die tijdelijk worden getroffen door vraaguitval als gevolg van de kredietcrisis. Om dreigende werkloosheid te voorkomen wordt vaart gemaakt met het oprichten van regionale mobiliteitscentra om mensen van werk naar werk te helpen.

Er is een regeling voor werktijdverkorting. Uitgangspunt is dat werkgevers niet eenzijdig de werktijd van werknemers kunnen verminderen. De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid kan evenwel in geval van vermindering van bedrijvigheid door calamiteiten een tijdelijke ontheffing van dat verbod verlenen – voor zes weken, met de mogelijkheid van maximaal drie maal verlenging. Werknemers kunnen in die tijd een beroep doen op de WW. Het is een instrument dat is bedoeld in situaties zoals de vuurwerkramp of de dreigende overstroming in de Betuwe.

. . . lees verder op Internet

 

 

 



Disclaimer

Hoewel bij het samenstellen van de inhoud van deze digitale nieuwsbrief de uiterste zorg is nagestreefd, sluiten de samenstellers van deze digitale nieuwsbrief iedere aansprakelijkheid uit voor onjuistheden, onvolledigheden en eventuele gevolgen van het handelen op grond van informatie die op via deze digitale nieuwsbrief beschikbaar is.