Ga naar onze websiteStuur ons een e-mail 

 


September 2008 persoonsgebonden aftrekposten


Lees artikel


 


Schenken aan goede doelen

Lees artikel


September 2008 persoonsgebonden aftrekposten

De wet inkomstenbelasting kent een aantal aftrekposten die “boxoverstijgend” zijn. Deze posten zijn zó persoonsgebonden, dat ze niet in verband kunnen worden gebracht met een enkele inkomstenbron. We hebben het dan over de persoonsgebonden aftrekposten (betaalde alimentatie of andere onderhoudsverplichtingen, uitgaven voor levensonderhoud van kinderen jonger dan 30 jaar, ziektekosten of andere buitengewone uitgaven, uitgaven voor weekendbezoek van ernstig gehandicapten van 27 jaar of ouder, studiekosten of andere scholingsuitgaven, giften, kosten voor rijksmonumentenpanden en kwijtgescholden durfkapitaal). Dat heeft gevolgen voor de methodiek van aftrek.

Deze posten moeten eerst in box 1 in aftrek worden gebracht. Ze kunnen het inkomen in box 1 echter niet negatief maken. Het gedeelte dat daardoor niet in box 1 in aftrek komt, mag in aftrek worden gebracht op het inkomen in box 3. Dat inkomen bedraagt 4% van de gemiddelde rendementsgrondslag (uw gemiddelde vermogen per 1 januari en 31 december). Deze aftrek is in het algemeen minder gunstig dan die in box 1, want het tarief in box 3 is een vaste 30%. Dat is in box 1 vaak hoger.

Ook het inkomen in box 3 mag door deze post niet negatief worden. Wat daar niet in aftrek komt, schuift door naar box 2, de box voor aanmerkelijk belanghouders.

De persoonsgebonden aftrekposten mogen naar willekeur over u beiden worden verdeeld als u het hele jaar dezelfde partner heeft of u heeft een deel van het jaar een fiscale partner en kiest voor het hele jaar partnerschap. Voor het deel van de aftrekpost die in box 1 valt, wordt het meeste voordeel behaald door hem toe te rekenen aan de meestverdiener. Maar dat kan ook een keerzijde hebben. Als u namelijk een negatieve persoonsgebonden aftrekpost heeft, moet die worden bijgeteld bij het inkomen van degene die indertijd de aftrekpost had. Een negatieve persoonsgebonden aftrekpost is een teruggave van een persoonsgebonden aftrekpost, of een vergoeding achteraf van bijvoorbeeld ziektekosten. Zo kan ook een kwijtgescholden lening aan een startende ondernemer, die u als “verlies uit belegging in durfkapitaal” heeft afgetrokken, alsnog worden terugbetaald door de ondernemer. Dat moet u dan natuurlijk aangeven.

Soms is het zinnig om een persoonsgebonden aftrekpost juist toe te rekenen aan degene van u beiden die nu juist géén inkomen heeft. Stel dat u een gedeelte moet aftrekken in box 3, en dat uw partner geen inkomen heeft. Als u de aftrekpost dan toerekent aan uw partner, komt deze niet in aftrek. Hij schuift dan door naar volgend jaar. Dan mag u wederom kiezen wie dit restantje aftrekt en als u dan weer inkomen in box 1 heeft, vindt de aftrek weer bij u plaats tegen een aantrekkelijk(er) tarief.

Tot slot: komt u te overlijden zonder achterlating van een fiscale partner, dan vervalt het niet in aftrek gebrachte deel van deze aftrekposten. Laat u wel een partner achter, dan mag deze het restantje als zijn eigen aftrekpost in mindering brengen op het inkomen in de voorgeschreven volgorde.

. . . terug naar boven



Schenken aan goede doelen

Schenken aan goede doelen is sinds 1 januari 2006 vrij van schenkingsrecht. U kunt dus zoveel als u maar wilt schenken zonder dat de verkrijger daar schenkingsrecht over verschuldigd is. Datzelfde geldt overigens voor het successierecht: u kunt vrij van successierecht vermogen nalaten aan goede doelen.

Vaak is het geschonken bedrag ook nog aftrekbaar voor de inkomstenbelasting. Maar daar kunt u te maken krijgen met de niet-aftrekbare drempel van 1% van het drempelinkomen (fiscale partners het gezamenlijke drempelinkomen) en het maximum van 10% van het (gezamenlijke) drempelinkomen, waardoor eventueel niet uw hele gift in aftrek komt. U kunt beide omzeilen door een notariële periodieke gift te doen. De notaris maakt dan een akte op waarbij u minimaal vijf gelijke jaarlijkse termijnen schenkt (vaak neemt de instelling de kosten van de notaris voor zijn rekening). De termijnen mogen binnen deze periode eindigen bij uw overlijden. En ook arbeidsongeschiktheid kan een reden zijn om de uitkeringen te beëindigen, maar dan moeten de omstandigheden daarvan wel in de akte beschreven zijn. Het mag niet zó zijn dat u naar willekeur zelf kunt bepalen wanneer de uitkeringen stoppen.
Als u wilt dat de instelling wél direct al over het gewenste bedrag beschikt, kunt u dat bedrag uitlenen en in tenminste vijf gelijke periodieke termijnen kwijtschelden. U heeft dan in vijf jaarlijkse porties de aftrek zonder beperking van drempel of maximum en de instelling heeft direct het volledige bedrag op zijn bankrekening staan.

Wilt u een waardevol kunstwerk schenken aan bijvoorbeeld een museum, dan loopt u ook tegen de niet-aftrekbare drempel en het maximum aan. Dat is op de volgende manier op te lossen. Het museum koopt een kunstwerk en blijft de aankoopprijs schuldig aan de verkoper. Afgesproken wordt dat de schuld gedurende ten minste vijf jaren in jaarlijkse termijnen zal worden afgelost. Op hetzelfde moment neemt de verkoper de verplichting op zich om gedurende een zelfde periode jaarlijks een uitkering aan het museum te betalen tot hetzelfde bedrag als het bedrag van de aflossingen. Deze verplichting is in een notariële akte van schenking vastgelegd. Met gesloten beurzen wordt aldus bereikt dat de verkoper bij de berekening van zijn belastbare inkomen de uitkering in aftrek kan brengen.

Als nog niet alle uitkeringen zijn gedaan, heeft u als schenker een verplichting (namelijk om de toekomstige termijnen uit te keren). Dit is een verplichting met een waarde in het economische verkeer. Deze waarde bedraagt de contante waarde van de toekomstige uitkeringen. U zou deze in box 3 in aftrek moeten mogen brengen. De rechtbank in Haarlem heeft daar echter een streep door gehaald. Belastingplichtige heeft daartegen sprongcassatie ingesteld (het Gerechtshof wordt daarbij overgeslagen). De advocaat-generaal (adviseur) bij de Hoge Raad is het daar echter niet mee eens. Als de Hoge Raad het advies opvolgt, is de toekomstige verplichting tot betaling een bestanddeel in box 3. U mag dat dan ieder jaar aftrekken van uw overige vermogen. U kunt voor de jaren waarvan de aanslag niet definitief vaststaat, alsnog een correctie indienen en ook over 2008 deze post in box 3 in aftrek brengen. De inspecteur zal waarschijnlijk wel willen wachten totdat de Hoge Raad uitspraak doet. Hopelijk duurt dat niet al te lang meer.

... terug naar boven

 

 

 

 


Belangrijkste punten uit het Belastingplan 2009

Het Belastingplan 2009 is op 16 september gepresenteerd onder het motto 'steun in de rug voor ondernemers'. Een samenvatting van de belangrijkste punten vindt u hieronder.

  • De zelfstandigenaftrek wordt op termijn omgezet in de MKB-winstvrijstelling.
  • Verlaging Vpb-tarieven. Hierbij is gekozen voor een verlaging van het MKB-tarief in de vennootschapsbelasting tot 20 procent voor winsten tot een bedrag van 250.000 euro. De huidige tweede schijf komt te vervallen. De tariefverlaging geldt alleen voor 2008.
  • Uitbreiden faciliteiten speur- en ontwikkelingswerk.
  • Het wettelijk recht op ouderschapsverlof wordt met ingang van 1 januari 2009 uitgebreid van 13 naar 26 weken.
  • Inkomensafhankelijke aanvullende combinatiekorting.
  • Overdragen algemene heffingskorting.
  • Loonbelasting DGA’s. De DGA wordt niet zoals eerder gepland per 1 januari 2009 uit de loonbelasting gehaald. In overleg met het bedrijfsleven en met de koepelorganisaties is een alternatief pakket maatregelen samengesteld, dat ingaat op 1 januari 2010.
  • Per 1 januari 2009 een verhoging van de grens voor de kwartaalaangifte omzetbelasting van 7.000 euro naar 15.000 euro. Hierdoor hoeven ongeveer 50.000 ondernemers nog maar vier keer in plaats van twaalf keer per jaar BTW-aangifte te doen.
  • De doorbetaaldloonregeling voor DGA's met meerdere werkgevers wordt op één punt vereenvoudigd.
  • De eerstedagsmelding van nieuwe werknemers door werkgevers wordt afgeschaft.
  • De verklaring arbeidsrelatie (VAR) wordt bij een gelijkblijvende situatie na drie jaar automatisch verlengd.
  • Sportorganisaties en -stichtingen hoeven onder bepaalde voorwaarden geen schenkings- en successierecht meer te betalen over schenkingen en erfenissen.
  • Afschaffen van de aanschafbelasting (BPM).
  • Ombouw van de BPM-grondslag van catalogusprijs naar CO2-uitstoot.

. . . lees verder op Internet



Kabinet ziet af van verhoging BTW

De BTW blijft 19%. Het kabinet ziet af van het plan om de btw te verhogen.
Door de BTW gelijk te houden, wil het kabinet de:

  • economie versterken
  • inflatie beperken
  • koopkracht beschermen
  • arbeidsparticipatie verhogen.

. . . lees verder op Internet



Opnieuw BTW-vragenlijst voor DGA's

Bent u als directeur-grootaandeelhouder (DGA) BTW-plichtig? De Belastingdienst stuurde DGA’s daarover rond 20 maart een vragenlijst. Wie deze vragenlijst nog niet of zonder persoonlijke gegevens of kenmerk terugstuurde, krijgt hem opnieuw met het verzoek deze vóór 4 oktober 2008 alsnog volledig ingevuld terug te sturen.

In een uitspraak van 18 oktober 2007 heeft het Europese Hof van Justitie bepaald dat een directeur-grootaandeelhouder (DGA) geen BTW-ondernemer is als hij werkzaamheden uitvoert op grond van een arbeidsovereenkomst met zijn vennootschap. Eerder oordeelde de Nederlandse Hoge Raad dat DGA’s in bepaalde gevallen wél ondernemer zijn voor de BTW. Op basis van de antwoorden van de vragenlijst beoordeelt de Belastindienst of de registratie als BTW-ondernemer beëindigd of aangepast moet worden. Dat laatste kan het geval zijn als de DGA deel uitmaakt van een fiscale eenheid voor de BTW. Ook wil de Belastingdienst vaststellen of een DGA nog BTW moet betalen als er een einde komt aan zijn registratie als BTW-ondernemer.

. . . lees verder op Internet



Bedrijven aansprakelijk bij werken met niet-gecertificeerde uitzendbureaus

Bedrijven die werknemers inhuren via niet-gecertificeerde uitzendbureaus kunnen door uitzendkrachten aansprakelijk gesteld worden voor het betalen van het wettelijk minimumloon en vakantiegeld. De ministerraad heeft ingestemd met een voorstel om het Burgerlijk Wetboek daartoe te wijzigen. Met het voorstel zet het kabinet een volgende stap in de strijd tegen malafide uitzendbureaus.

De uitzendkracht kan in de toekomst kiezen wie hij aansprakelijk stelt als een niet-gecertificeerd uitzendbureau hem niet of onvoldoende betaalt. De uitzendkracht kan het loon opeisen bij het uitzendbureau of bij het bedrijf dat hem via het uitzendbureau heeft ingehuurd. Nu kan de uitzendkracht het loon alleen opeisen bij een uitzendbureau en zijn bedrijven die zaken doen met malafide uitzendbureaus niet aansprakelijk. Bij een bedrijf kan de uitzendkracht het loon ter hoogte van maximaal het minimumloon en vakantiegeld eisen.

Bedrijven krijgen door de aansprakelijkheid meer belang bij het werken met een gecertificeerd uitzendbureau. Uitzendkrachten kunnen die bedrijven niet aansprakelijk stellen als het uitzendbureau niet het loon betaalt of onvoldoende betaalt. Uitzendbureaus krijgen er meer belang bij zich te laten certificeren omdat het voor bedrijven aantrekkelijker wordt om met hen zaken te doen.

. . . lees verder op Internet



Meldplicht bij verdachte contante betalingen boven de 15.000 euro

Sinds 1 augustus 2008 moeten handelaren de identiteit van kopers vaststellen en registreren, bij contante betalingen boven de 15.000 euro. Als er reden is om te vermoeden dat er sprake is van witwassen of terrorisme, dan moet de handelaar een melding doen bij de Financial Intelligence Unit Nederland. Bij contante bedragen boven de 25.000 euro is een melding in bepaalde branches altijd verplicht.
De nieuwe verplichtingen zijn vastgelegd in de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (WWFT). De Wet identificatie bij dienstverlening (WID) en de Wet melding ongebruikelijke transacties (Wet MOT) zijn in deze wet samengevoegd. De nieuwe wet moet de verplichtingen van de anti-witwaswetgeving beter inzichtelijk maken.

. . . lees verder op Internet

 

 

 

 



Disclaimer

Hoewel bij het samenstellen van de inhoud van deze digitale nieuwsbrief de uiterste zorg is nagestreefd, sluiten de samenstellers van deze digitale nieuwsbrief iedere aansprakelijkheid uit voor onjuistheden, onvolledigheden en eventuele gevolgen van het handelen op grond van informatie die op via deze digitale nieuwsbrief beschikbaar is.