Ga naar onze websiteStuur ons een e-mail 

 


De auto van de ondernemer fiscaal bekeken

Lees artikel


 


De fiscale oudedagsreserve

Lees artikel


De auto van de ondernemer fiscaal bekeken

De fiscale behandeling van de auto bezorgt ondernemers hoofdbrekens. De auto wordt vaak zowel zakelijk als privé gebruikt. Het is begrijpelijk dat de kosten van privéritten niet voor fiscale aftrek in aanmerking komen. In de belastingwet is dit geregeld door middel van een "forfait". Een forfait is een praktische regeling waarbij de werkelijkheid wordt vervangen door vaste regels. Een ondernemer die ook privé rijdt in een auto van de zaak, moet 25 procent van de cataloguswaarde bijtellen bij zijn winst. De bijtelling was in 2007 trouwens nog 22 procent. Zij is voor 2008 verhoogd tot 25 procent. De kosten en afschrijvingen zijn helemaal aftrekbaar, maar die 25 procent moet worden bijgeteld. Je zou ook kunnen zeggen dat van de kosten 25 procent van de cataloguswaarde niet aftrekbaar is.

Dat is een vaste regeling waarover met de fiscus in principe niet te discussiëren valt. Er is echter één uitzondering. Als u kunt aantonen dat de auto gedurende het jaar voor minder dan 500 kilometer privé is gebruikt, hoeft de 25 procent niet te worden bijgeteld. Dat aantonen komt meestal neer op het hebben van een sluitende en gedetailleerde kilometeradministratie.

Beschikt de ondernemer over twee auto's en zijn er in het gezin twee rijbewijzen, dan gaat de fiscus ervan uit dat er twee auto's privé gebruikt worden. Dat is dus twee keer de fiscale bijtelling van 25 procent. Als men dat niet wil, zal men de tweede auto privé moeten laten staan en de gereden zakelijke ritten moeten registreren. Belasting betalen is geen bron van vreugde, maar een kilometeradministratie bijhouden is dat evenmin.

Ter vermijding van de bijtelling zou het voordelig kunnen zijn de auto privé aan te schaffen. U kunt de kosten dan niet aftrekken van de winst, maar u vermijdt de bijtelling. Voor zakelijke ritten mag u 19 cent per kilometer aftrekken. Per saldo kan dat fiscaal voordeliger uitvallen. Om dit vast te stellen moet er een rekensom gemaakt worden. Bij tweedehands auto's kunt u er eigenlijk wel vanuit gaan dat ze beter privé kunnen worden aangeschaft.

Voor auto's die zowel zakelijk als privé worden gebruikt, heeft de ondernemer in principe de vrijheid om te kiezen. Vroeger was het zo dat bij 90% of meer zakelijk gebruik de auto verplicht op de zaak moest worden gezet. Thans is dat alleen het geval als minder dan 500 kilometer per jaar privé wordt gereden. Dit is een soepel criterium. Vrijheid van kiezen heeft men ook voor bestelauto's, mits deze ook voor vervoer van personen geschikt zijn. Vrachtauto's kan men in principe niet als privé-vermogen etiketteren. Maar daarvoor geldt de bijtelling ook niet.

. . . terug naar boven



De fiscale oudedagsreserve

Veel werknemers bouwen via hun werkgever pensioenrechten op. Een pensioenregeling is meestal verplicht. Zo is het niet mogelijk om pensioenrechten te verruilen voor gewoon salaris. Ook voor bepaalde vrije beroepsbeoefenaren is er een verplichte pensioenregeling. Voorbeelden zijn artsen en notarissen. De meeste ondernemers moeten echter zelf voor hun pensioen zorgen. Zij kunnen gebruik maken van de lijfrentepremieaftrek en sinds 2008 is het ook mogelijk fiscale aftrek te krijgen voor inleg in een spaarrekening of een beleggingsrekening.

Ondernemers die geen liquiditeiten kunnen of willen missen, kunnen gebruik maken van de fiscale oudedagsreserve. Dat betekent een aftrekpost in de belastingaangifte. De gedachte achter deze regeling is dat de ondernemer bij de verkoop van zijn onderneming een lijfrente aanschaft. De fiscus komt aan z'n trekken, omdat de uitkeringen belast zijn. Ondernemers verkijken zich soms op de oudedagsreserve, omdat ze denken hiermee écht iets voor hun oudedag te hebben geregeld. Dat is echter niet het geval.

Als de ondernemer bij beëindiging van zijn bedrijf besluit geen lijfrente aan te schaffen, moet hij over de oudedagsreserve met de fiscus afrekenen. Dit kost zomaar 40 à 50% belasting. Deze belastingafdracht is uiteraard niet meer beschikbaar voor de oudedag. Als de ondernemer de oudedagsreserve wel omzet in een lijfrente, moet hij er rekening mee houden dat de uitkeringen belast zijn met inkomstenbelasting. Omdat de tarieven voor 65+ers in de eerste twee schijven laag zijn, valt het met die belastingheffing meestal wel mee.

Het verradelijke van de oudedagsreserve is dat er geen echte reservering tegenover staat. Het geld voor de oudedag zit in de zaak. Als het met de zaak fout afloopt, is de ondernemer ook zijn oudedagsvoorziening kwijt. Wat dat betreft verkeert hij in een slechtere positie dan een werknemer met een pensioenregeling. Als zo'n werknemer ontslag krijgt, behoudt hij immers zijn opgebouwde pensioenrechten. Als de ondernemer een soortgelijke positie wil, moet hij reserveren voor de oudedag in spaarrekeningen en/of beleggingen. Gezien de vele economische onzekerheden kan het zeker verstandig zijn hier eens uitgebreid bij stil te staan.

... terug naar boven

 

 

 

 


De Jager versoepelt boetes late belastingafdracht

Ondernemers die te laat zijn met de maandelijkse afdracht van btw, krijgen niet meer automatisch een boete. Staatssecretaris De Jager van Financiën heeft dit aangekondigd in de april-editie van magazine Ondernemen! van MKB-Nederland. De Jager heeft hiertoe besloten omdat er in het midden- en kleinbedrijf veel irritaties leven over het boeteregime van de Belastingdienst. Een soepeler boetebeleid gaat ook gelden voor te late afdracht van loonheffingen.
De Jager wil een coulanceperiode van 7 dagen invoeren. Een bedrijf dat btw of loonheffingen te laat betaalt, maar niet meer dan 7 dagen te laat, krijgt geen boete meer. Voorwaarde is dat de ondernemer de voorgaande keer wel op tijd heeft betaald. Als een bedrijf twee keer achter elkaar te laat betaalt, dan volgt alleen een boete voor de tweede overschrijding. Is een ondernemer stelselmatig te laat met het afdragen van belastingen, dan kan hij een boete tot het wettelijke maximum krijgen.
Het is nog niet bekend wanneer het nieuwe boetebeleid wordt ingevoerd, maar de staatssecretaris streeft ernaar om het in 2009 te laten ingaan.

. . . lees verder op Internet



Belastingdienst controleert ook via Hyves

Persoonlijk informatie op uw eigen website of een netwerksite zou wel eens (belasting)geld kunnen kosten.
In Ierland ondervroeg een plaatsellijke belastinginspecteur recent een Nederlandse expat omdat zijn gegevens op netwerksites Facebook, LinkedIn en Xing niet overeenkwamen met zijn aangifte. Oorzaak: hij was ze vergeten te updaten. Ook de Nederlandse Belastingdienst doet dat wel eens. De Belastingdienst controleert regelmatig profielpagina's van mensen naar wie onderzoek wordt gedaan. Volgens een woordvoerder van de Nederlandse Belastingdienst komt voor dat Hyves of de zakelijke variant LinkedIn worden gebruikt tijdens inspecties. Op die profielen is veel informatie over het werk van mensen te halen. De woordvoerder bevestigt dat wordt gekeken op profielsites naar wat iemand schrijft over zijn werkzaamheden. Dat gebeurt om te vergelijken of alle genoemde activiteiten ook aan de fiscus zijn opgegeven.

. . . lees verder op Internet



Vragenbrief Belastingdienst voor DGA´s om te bepalen of zij btw-plichtig zijn

In een uitspraak van 18 oktober 2007 heeft het Europese Hof van Justitie bepaald dat een directeur-grootaandeelhouder (DGA) die werkzaamheden uitvoert op grond van een arbeidsovereenkomst met zijn vennootschap, geen btw-ondernemer is. Eerder oordeelde de Nederlandse Hoge Raad dat DGA's in bepaalde gevallen wel ondernemer zijn voor de btw.
Om te beoordelen of de registratie als btw-plichtige ondernemer van de DGA moet worden beëindigd, stuurt de Belastingdienst DGA´s een vragenlijst. Op basis van de antwoorden beoordeelt de Belastingdienst of de registratie als btw-ondernemer beëindigd of aangepast moet worden. Dat laatste kan het geval zijn als de DGA deel uitmaakt van een fiscale eenheid voor de btw. Ook wil de Belastingdienst vaststellen of een DGA nog btw moet betalen als er een einde komt aan zijn registratie als btw-ondernemer.
In de brief verzoekt de Belastingdienst de DGA's om de vragenlijst voor 1 mei 2008 ingevuld terug te sturen.

. . . lees verder op Internet



Successiewet wordt 'schenk- en erfbelasting'

De tarieven op erven en schenken gaan omlaag, constructies worden bestreden en de wet wordt eenvoudiger. Dat heeft staatssecretaris De Jager aangekondigd. De Jager gaf aan dat de wet eenvoudiger wordt. “Speerpunt van mijn beleid is vereenvoudiging: als het makkelijk kan gaan we het ook makkelijk doen. De huidige wet is behoorlijk ingewikkeld, zeker als je kijkt naar bijvoorbeeld bedrijfsopvolging, dat lijkt net een bord spaghetti. Daarom wordt de wet vernieuwd,” aldus de staatssecretaris. Ook het aantal tariefgroepen wordt fors gereduceerd van de huidige 28 blijven er beperkt aantal over: twee categorieën (partners en kinderen – overige verkrijgers) met klein aantal schijven. Tijdens het college onthulde de staatssecretaris dat wat hem betreft het hoogste tarief voor partners en kinderen niet hoger mag zijn dan 20%.

  • Hoogte van de tarieven
    Door een meer evenwichtige verdeling, kan iedereen wat minder betalen. Door de constructies te bestrijden zal de belastingopbrengst toenemen. Het doel is dat de tarieven in ieder geval worden teruggebracht onder de 50%. Verder wordt er aan gedacht de vrijstelling voor echtgenoten/partners te verruimen.
  • Constructiebestrijding
    Het is soms mogelijk door constructies successierechten te ontlopen. Hierbij kan gedacht worden aan buitenlandse rechtsfiguren, zoals trusts. Het is de bedoeling in de nieuwe wet, deze en andere constructies uit te sluiten en hierdoor de grondslag te verbreden.
  • Bedrijfsopvolging
    De faciliteit bij bedrijfsopvolging kan eenvoudiger worden vormgegeven. Uitgangspunt blijft dat de reële bedrijfsoverdrachten voor de faciliteit in aanmerking komen. Er wordt ook gekeken naar de mogelijkheden om de conserverende aanslag te laten vervallen. Hierdoor wordt de aangifte voor ondernemers die gebruik maken van de regeling eenvoudiger.

. . . lees verder op Internet

. . . lees verder op Internet

 

 

 

 

 



Disclaimer

Hoewel bij het samenstellen van de inhoud van deze digitale nieuwsbrief de uiterste zorg is nagestreefd, sluiten de samenstellers van deze digitale nieuwsbrief iedere aansprakelijkheid uit voor onjuistheden, onvolledigheden en eventuele gevolgen van het handelen op grond van informatie die op via deze digitale nieuwsbrief beschikbaar is.