Minimumkapitaal bij oprichting BV straks niet meer nodig

Lees artikel


 


Beleggen in kunst

Lees artikel


Minimumkapitaal bij oprichting BV straks niet meer nodig

Veel ondernemers kiezen voor de BV. Dat biedt het voordeel van beperking van aansprakelijkheid en bij hoge winsten kan het fiscaal voordelig zijn. Bij de oprichting van een BV moeten allerlei juridische spelregels in acht worden genomen. Een van die regels is dat de BV moet worden gekapitaliseerd met ten minste 18.000 euro. De gedachte daarachter is dat als men wil profiteren van beperking van aansprakelijkheid, de BV bij de start over een bepaald minimum aan vermogen moet beschikken. Anders zouden schuldeisers grote risico's lopen door met een BV zaken te doen.

Voor sommige ondernemers vormt de 18.000 euro een barrière. Het vermogen is niet liquide beschikbaar of men is überhaupt niet zo rijk. De oprichter kan dan proberen het te lenen van familie, kennissen of de bank. Het geld moet bij oprichting op een bankrekening staan. De notaris moet daarvoor een verklaring van de bank hebben. Het is geen probleem als de oprichter het geld na oprichting meteen weer van de BV leent en zijn schuld terugbetaalt. Veel oprichters doen dat ook.

In plaats van geld te storten, kan men ook in natura inbrengen. Men draagt dan bijvoorbeeld een onderneming, een pand of een octrooi over aan de BV. De inbreng moet dan wel ten minste 18.000 euro waard zijn. Daarvoor heeft de notaris een verklaring nodig van een accountant, de zogenaamde inbrengverklaring.

Het voorgaande zal binnenkort geschiedenis zijn. Er zit namelijk een wetswijziging aan te komen die de oprichting van een BV veel eenvoudiger maakt. In de toekomst zal het mogelijk zijn een BV op te richten met slechts 1 euro startkapitaal. Bij inbreng in natura zal ook geen accountantsverklaring meer nodig zijn. Voor ondernemers die een BV willen gebruiken is dat natuurlijk prettig. Maar gaat dat niet ten koste van ondernemers die met een BV zaken doen? Welke waarborgen hebben zij dat de BV haar verplichtingen kan nakomen?

De waarborgen zullen bestaan uit eventuele aansprakelijkheid van de directeur van de BV. Hij moet ervoor zorgen dat de BV voldoende vermogen heeft voor haar activiteiten. Als de BV met een minimaal kapitaal zeer grote verplichtingen aangaat en risico's op zich neemt, handelt de directeur onrechtmatig. Als het dan fout gaat, kunnen de schuldeisers bij hem aankloppen. Dat gaat een stuk verder dan de aansprakelijkheid die nu geldt. Verwacht wordt dat de nieuwe regels op 1 januari 2008 ingaan.

. . . terug naar boven



Beleggen in kunst

Kunst is een conjunctuurgevoelige belegging. De historie leert dat als de economie op volle toeren draait en de aandelenkoersen op weg zijn naar nieuwe records, de belangstelling voor kunst groot is. De vraag of kunst een goede belegging is, kan niet met een simpel ja of nee worden beantwoord. Er zijn kenners die erin slagen de juiste stukken aan te kopen en op het juiste moment met winst te verkopen. De meeste kunstliefhebbers moeten het doen met immaterieel genot. Maar hoe wordt kunst door de fiscus behandeld?

Een professionele kunsthandelaar die kunst verwerft en verkoopt in het kader van zijn onderneming, wordt gewoon belast voor de daarmee behaalde resultaten. In dit artikel behandelen we de particulier. Voor hem valt kunst in box 3, samen met het spaargeld en de beleggingen. In box 3 is er een vrijstelling voor zogenaamde roerende zaken in eigen gebruik. Denk maar aan de auto. Ook kunst valt hier in de meeste gevallen onder.

De wet kent ook nog een speciale vrijstelling voor voorwerpen van kunst en wetenschap. Deze zijn vrijgesteld, tenzij ze hoofdzakelijk als belegging worden aangehouden. Voor de vrijstelling is het geen probleem als de kunstvoorwerpen aan een museum ter beschikking worden gesteld. Voor alle duidelijkheid vermeldt de wet dat het enkele feit dat kunstvoorwerpen tot een verzameling behoren, niet betekent dat ze als belegging worden aangemerkt.

Dat kunst in z'n algemeenheid is vrijgesteld is maar goed ook. Stel voor dat jaarlijks 1,2 procent inkomstenbelasting moet worden betaald over een verzameling Haagse meesters. Ze leveren immers geen rente of dividend op.

Veel kunstbezitters willen dat de kunstverzameling na hun overlijden in stand blijft. Het is niet de bedoeling dat de erfgenamen de topstukken of desnoods de hele verzameling te gelde maken. Een manier om dat te bereiken is de verzameling onder te brengen in een stichting. De stichting geeft certificaten uit aan de oorspronkelijke eigenaar en/of zijn toekomstige erfgenamen. De certificaathouders hebben geen zeggenschap over de verzameling. Deze is in handen van het bestuur van de stichting.

Deze route is vanuit fiscaal oogpunt echter niet aan te raden. Het kost namelijk de vrijstelling in box 3. De certificaten zijn gewoon belast. De wetgever zou hier iets aan moeten doen. Het is fiscaal slimmer om de verzameling onder te brengen in een museum. Dat kan men construeren als een fiscaal aftrekbare schenking. Bovendien leidt overlijden van de oorspronkelijke eigenaar dan niet tot successieheffing over de verzameling.

... terug naar boven

 

 

 

 


Vraag Euro-BTW terug vóór 1 juli

Ondernemers die in 2006 goederen of diensten hebben gekocht in andere landen van de Europese Unie (EU) kunnen de daarover berekende buitenlandse omzetbelasting (BTW) terugvorderen. Dit moet vóór 1 juli 2007 gebeuren. De in het buitenland betaalde omzetbelasting dient middels een verzoek bij de belastingdienst van het betreffende land te worden teruggevraagd. Dit verzoek moet worden gedaan op een door de EU vastgesteld standaardformulier, in Nederland bekend als het zogenaamde OB-68 formulier. Dit is te verkrijgen bij de Belastingdienst. Achterop het formulier staan de adressen van de buitenlandse belastingdiensten. Het verzoek moet binnen zes maanden na afloop van het kalenderjaar waarop het verzoek betrekking heeft worden ingediend. Verzoeken voor oudere jaren worden meestal afgewezen, maar in Nederland en België geldt, dat ook oudere jaren (circa drie jaar terug) nog ambtshalve worden behandeld. Tegen teruggaven over deze oude jaren kan geen bezwaar worden gemaakt. Per jaar dient een verzoek te worden ingediend.

Ministers van Financiën van de 27 EU-landen spannen zich in om de btw-heffing voor ondernemers flink te versimpelen. Als de bewindslieden het eens worden over een compromis, kunnen bedrijven hun btw-uitgaven in het buitenland veel makkelijker terugkrijgen. In dat geval zou de aanvraag kunnen worden ingediend bij de eigen belastingdienst. Zeker is dat de bedrijven dan binnen zesenhalve maand de btw terugontvangen van uitgaven in het buitenland, zoals zakenreizen of een tankbeurt. Nu moeten bedrijven een lastige procedure door en soms twee jaar wachten op hun geld. Ondernemers laten de aanvraag soms maar zitten als het om kleinere uitgaven gaat.

. . . lees verder op Internet



Staatssecretaris de Jager wil milieuvriendelijker autogebruik stimuleren

Als het aan staatssecretaris De Jager ligt, zullen per 1 januari 2008 twee belastingmaatregelen worden ingevoerd die milieuvriendelijker autogebruik stimuleren. De eerste maatregel is een forse verhoging van de BPM op onzuinige auto’s. Benzineauto’s met een uitstoot van meer dan 240 gram CO2 per kilometer en dieselauto's meer dan 200 gram CO2/km (ongeveer 5% van de nieuw verkochte auto's in Nederland) krijgen volgens de plannen een heffing van 80 à 90 euro per extra gram CO2 uitstoot per kilometer. Dat betekent voor sommige onzuinige auto’s een extra belasting van duizenden euro’s. In totaal levert deze belastingverhoging 100 miljoen euro op. Daarnaast worden de bedragen van onzuinige labels verhoogd terwijl de zuinige labels iets meer korting krijgen. Voor zuinige auto’s kan dit een belastingvoordeel van enkele honderden euro’s betekenen.
Leaserijders krijgen een belastingprikkel om voor een zuinige auto te kiezen. Leaserijders die meer dan 500 kilometer per jaar privé rijden krijgen nu een fiscale bijtelling van 22%. In plannen van De Jager zullen leaserijders die volgend jaar in een (benzine-) auto met een uitstoot tot 110 gram CO2 rijden (zeer zuinige, kleine of bepaalde grotere hybride modellen), een lagere bijtelling krijgen die per saldo kan uitkomen op zo’n 12 à 14% bijtelling. De kosten van deze maatregel zijn relatief beperkt waardoor het algemene bijstellingspercentage van 22% niet verhoogd wordt.



Minder administratie bij overnemen loon bij faillissement

Het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV) zal de tijdelijke doorbetaling van loon en andere aanspraken van een werknemer van een failliet bedrijf beëindigen als deze weer aan het werk gaat. Hervat de werknemer het werk parttime, dan eindigt de doorbetaling voor het aantal uren dat iemand werkt. De ministerraad heeft ermee ingestemd de Werkloosheidswet (WW) in deze zin te vereenvoudigen. De maatregel zorgt voor minder uitvoeringskosten voor het UWV en minder administratieve lasten voor bedrijven waar deze werknemers weer aan de slag gaan.
De WW biedt - naast de uitkering bij werkloosheid – werknemers een tijdelijke garantie op doorbetaling van loon en andere aanspraken, zoals vakantiegeld en pensioenpremies, als hun werkgever failliet is of om andere redenen niet meer kan betalen. Het wijzigingsvoorstel heeft betrekking op dit deel van de WW. Als iemand weer aan het werk gaat, moet het UWV nu inkomensgegevens opvragen bij de nieuwe werkgever om het loon te verrekenen met de uitkering. Dat hoeft straks niet meer.

. . . lees verder op Internet



Naheffingsaanslagen loonheffing voorkomen

De Belastingdienst is in maart gestart met het geautomatiseerd naheffen van loonheffingen over de periode januari 2007. Het blijkt dat naheffingsaanslagen vaak makkelijk te voorkomen zijn.
De Belastingdienst krijgt vaak verkeerde betalingen binnen:

  • De betalingen zijn voor een verkeerd tijdvak.
    Controleer of het betalingskenmerk op de acceptgiro betrekking heeft op het juiste tijdvak.
  • De betaling is niet bestemd voor het opgegeven loonheffingennummer.

Vermeld het juiste loonheffingennummer bij de betaling.
Als er geen werknemers meer in dienst zijn, moet u dit binnen één maand melden. Doet u dit te laat, dan blijft u bericht ontvangen dat u aangifte moet doen. Let erop dat u die aangifte instuurt. Kies dan voor het doen van een nihil-aangifte.
Hebt u een naheffingsaanslag loonheffingen gekregen, dan kunt u bezwaar maken.

. . . lees verder op Internet

 

 

 

 

 



Disclaimer

Hoewel bij het samenstellen van de inhoud van deze digitale nieuwsbrief de uiterste zorg is nagestreefd, sluiten de samenstellers van deze digitale nieuwsbrief iedere aansprakelijkheid uit voor onjuistheden, onvolledigheden en eventuele gevolgen van het handelen op grond van informatie die op via deze digitale nieuwsbrief beschikbaar is.